Datering

Tafelkastje

Smal kastje dat tussen tafel en raam werd geplaatst of tussen de tafel en het penant tussen twee ramen. Het heeft laden of schappen aan de smalle zijden en diende aan de ene kant als bergplaats voor paperassen van de boer, aan de andere kant voor het naaiwerk van de boerin; het kastje wordt daarom ook wel een vader & moederkastje genoemd. 19de-eeuws Noordhollands streekmeubel. Bron internet: Antiek Encyclopedie.

Zgn. vader- en moederkastje, smal kastje, tafelhoogte, aan weerszijde drie laden. Bovenkant cremekleurig zeildoek met bloemetjes. Daaronder donkerbruin zeildoek met bloemetjes tezien. Behorend bij spiegel ZZM-23660.

Identificatie
Titel
Tafelkastje
Objectnummer
023659
Objectcategorie
Meubilair
Objecttype
  • kast (meubilair)
    Bergplaats, meestal afgesloten met een of meer deuren, losstaand of ingebouwd. (Haslinghuis)Meubelstuk om alle mogelijke zaken in op te bergen. Staat veelal op poten of een voetlijst, heeft een of meer deuren en aan de binnenzijde legplanken, laden of een kledingrek. Kasten in kerken en kloosters kunnen deel uitmaken van de kerk- of klooster-geschiedenis, vanwege functie en gebruik. (Religieus Erfgoedthesaurus)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-17965
Werk
Breedte
43 cm
Hoogte
79 cm
Lengte
86.5 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • zeildoek
    Zeildoek (ongekeperd linnen of katoen) is een sterk weefsel dat kan worden gebruikt als schildersdoek of bedoekingsmateriaal. In het Engels heet het duck (eend) omdat het waterafstotend is.
  • eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)
  • vurenhout
    Het Nederlandse woord vuren is de genormeerde naam voor het hout van de fijnspar (Picea abies). Het wordt dan vurenhout genoemd. In Nederland is vuren de meest gebruikte naaldhoutsoort, en daarmee de meest gebruikte houtsoort. Het is niet alleen makkelijk te bewerken maar ook relatief goedkoop
Aankoop & Licentie
Verworven
schenking 15 juni 2003
Licentie
BY-SA
Locaties
  • Noord-Holland
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
Wim Zandbergen , Wim Zandbergen

Trefwoorden