Datering
Maker C. Beye

Model van een tweemastblazer WL 99.

Scheepsmodel van een tweemastblazer. Schaal 1:20. Op het boeisel het nummer WL 99.
Een blazer is een geheel gedekt houten platbodem vaartuig van Friese origine met een één- of tweemastgaffeltuig en zijzwaarden. De vroegste blazers stamden uit ca. 1850, er werd mee gevist tot ca. 1960. Blazers hadden een bemanning van drie tot vier man. Ze werden gebruikt voor de visserij in de zeegaten en de Noordzeekust. Oorspronkelijk vooral langs de waddenkust, vanaf ca. 1900 ook langs de Hollandse en Zeeuwse kust. De letters WL staan voor een thuishaven in de gemeente West-Dongeradeel waar onder andere de vloten van Wierum en Paesens/Moddergat onder vielen. Hier voeren rond 1900 vooral tweemastblazers.
Het model is in 1974 op stapel gezet door de heer C. Beye, modelbouwer uit Veere, in opdracht van het Visserijmuseum te Vlaardingen. De basis van het ontwerp is een 56 voets blazer waarvan enkele maten worden gegeven door S.J. van der Molen in zijn boek 'Vissers van Wad en Gat' (1962). Deze maten werden aangevuld met beschrijvingen door vissers die zelf nog op de schepen hadden gevaren. In 1977 was de romp vrijwel voltooid en werd het model afgebouwd door de heren C. Hardonk en J. Ploeg. In 2022 werd het model geschonken aan het Fries Scheepvaart Museum door het Museum Vlaardingen.

Identificatie
Titel
Model van een tweemastblazer WL 99.
Objectnummer
FSM-2022-003
Objecttype
  • Scheepsmodellen
    Nabootsing van een vaartuig op klein formaat. (Encyclo.nl)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000025989
Over
Onderwerpen
  • Blazers
    Nederlands vissersvaartuig dat in de tweede helft van de 19e eeuw is ontwikkeld rond het noorden van de Zuiderzee en de Waddeneilanden. Op het einde van de 19e eeuw werden ze ook gebruikt voor de visserij op de Maasvlakte en de Noordzee, op de Zeeuwse stromen en voor de Vlaamse kust. De blazer was een zwaargebouwd kielschip met een plat vlak en hoekige kimmen, een volle, zware romp, waarvan het achterschip gepiekt was. De voorsteven was gebogen en vallend, de achtersteven recht en vallend. In het ruim achter de mast was gewoonlijk een bun gebouwd. (aatned.nl)
Werk
Breedte
26.5 cm
Hoogte
95.0 cm
Lengte
118.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. C. Beye
  2. Cor Hardonk
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • Textiel
    Textiel is letterlijk 'al wat geweven is'. Het woord is afgeleid van het Latijnse woord 'texere' dat weven betekent. (Wikipedia)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA