Datering
Maker Jan van Nijs

Betimmering in Lodewijk XV-stijl, afkomstig uit de pastorie van IJlst.

Betimmering. Bedstedewand. In de vooruitspringende middenpartij met een zwaar geprofileerde omlijsting van een porte-brisée van een bedstede. In de gebogen, in- en uitzwenkende bovenzijde een bekroning in de vorm van C-vormige bladkrullen, die een cartouche vormen. In de cartouche is een allegorische voorstelling gesneden: een vrouw met drie kinderen (uitbeelding van de Liefde). Uit de krul komen bloemslingers die over de omlijsting lopen. Aan weerszijden van de middenpartij zwaar geprofileerde omlijstingen van de kastdeuren. In de gebogen, in- en uitzwenkende bovenzijden bekroningen in de vorm van C-vormige bladkrullen, die cartouches vormen. In de cartouches zijn allegorische voorstellingen gesneden: links een vrouw, gekleed in de 'geestelijke' wapenrusting (Efeziërs 6:14-18) en met kelk en boek (uitbeelding van het geloof) en rechts een vrouw met duif en anker (uitbeelding van de Hoop). Tussen de omlijstingen dubbele profiellijsten, die aan de bovenzijde met elkaar verboden zijn door een gesneden bladornament. Het snijwerk is uitgevoerd in Lodewijk XV-stijl (rococo).
De bedestedewand is afkomstig uit de voormalige pastorie van IJlst aan de Galamagracht 93 aldaar. Op zandstenen aanzetkrullen op de achtergevel van het genoemde pand staat 'ANNO' en '1779'. De kerkvoogdij van IJlst betaalde op 20 november 1779 een bedrag van 57 carolusgulden voor 'geleverd steenwerk op de pastorye gevel met de kosten van de mallen' aan Jan Minnes. De naam zou te lezen kunnen zijn als Jan Vennes = Jan van Nijs. Deze beeldhouwer was in 1761-1762 een van de bazen en later een van de navolgers van Johann Georg Hempel, die het Sneker raadhuis decoreerde. Vermoedelijk vervaardiger van het snijwerk op de betimmering is Jan van Nijs. Jan van Nijs is niet gedoopt in Sneek. Toen hij in 1750 trouwde met Uilkjen Claes waren zij 'beide van Sneek'. In 1757 nam hij de zaak van beeldhouwer Gerben Jelles Nauta over. Van Jan van Nijs is werk bekend aan het stadhuis van Sneek (natuursteen), de kerk van Abbega, het raadhuis van Sloten en het raadhuis van Bolsward. Hij overleed in 1780. De betimmering werd in 1967 opgesteld in het Museum.
literatuur: - Sneeker Nieuwsblad: 20 aug. 1960, 17 april 1961, 23 okt. 1964 - Jaarverslag Fries Scheepvaart Museum 1960, p. 11 - Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1975-1976, p. 97 - Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1988, p. 54 - S. ten Hoeve, Rococo in Friesland (Leeuwarden, 1991), pp. 29-31 en 35-36.

Identificatie
Titel
Betimmering in Lodewijk XV-stijl, afkomstig uit de pastorie van IJlst.
Objectnummer
FSM-C-059
Objecttype
  • Betimmeringen
  • Houtsnijwerk
    Houtsnijwerk is hout, dat bewerkt is met een stuk snijdgereedschap, waardoor het een bepaalde vorm krijgt. Dit wordt dan op bijvoorbeeld klokken of meubilair aangebracht om het er mooier uit te laten zien. Vroeger was dit het ambacht van de houtsnijder en de beeldsnijder, tegenwoordig wordt het vaak machinaal met een freesmachine aangebracht. (Wikipedia)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000012765
Over
Onderwerpen
  • IJlst
Werk
Breedte
cm
Hoogte
276.0 cm
Lengte
425.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Jan van Nijs
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA

Trefwoorden