Datering
Maker Onbekend

Roer van een Enkhuizer boot.

Roer van een Enkhuizer boot. De kop van het roer is versierd met tweezijdig houtsnijwerk in de vorm van een kop van een roofvogel. Een breuk in de kop is met spijkers hersteld. De onderste roerveer, die oorspronkelijk recht was, is vervangen door een gebogen. De afgebroken achterdeel is vervangen met een houten las.
De herkomst van het roer is niet bekend.
literatuur: - Sneeker Nieuwsblad 20 feb. 1961, 30 maart 1961 - Jaarverslag Fries Scheepvaart Museum 1961, p. 8. - Hans Jürgen Hansen e.a., Kunstgeschichte der Seefaht (Hamburg, 1966) 102. - Catalogus scheepssier, Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1991, nr. 50 - Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1971-1972, p. 53 - Ron de Vos 'Je leert pas echt zeilen in een veldschuit' in: Spiegel der Zeilvaart jrg. 21 (1997), nr. 6, pp. 19-24.

Identificatie
Titel
Roer van een Enkhuizer boot.
Objectnummer
FSM-J-127
Objecttype
  • Roeren
    Toestel (achter) aan een vaartuig, dienende om er de vereiste wending aan te geven.
  • Roersier
  • Scheepssier
    Al datgeen aan boord van een schip dat mooier gemaakt is dan strikt noodzakelijk is of dat voornamelijk voor het mooi aangebracht is. (De Binnenvaart)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000010989
Over
Onderwerpen
  • Enkhuizen
  • Boerenbootjes
Werk
Breedte
3.0 cm
Hoogte
106.0 cm
Lengte
65.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • Eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA

Trefwoorden