Datering
Maker Hendrik Albert Jan Heldoorn

Speelscheepje, model Meteoor.

Speelscheepje. Model Meteoor. Blokmodel. Rondhouten en tuigage Het speelscheepje heeft één mast. De mast aan de voorkant gehouden door twee voorstagen: één stag van de zaling naar de voorsteven en één stag van de masttop naar de voorsteven. Aan de zijden wordt de mast gehouden door twee zijstagen: één van de top van de mast, via de zaling naar de voet van de mast en één van de zalingkruising naar de rand van de romp. Aan de achterkant wordt de mast gehouden door een achterstag op de achtersteven. De stagen zijn verstelbaar met houten blokken. De zeilen zijn van blauwe kunststof-textiel: een fok en een grootzeil. De bovenpunt van de fok is met een val vast aan een oog in de mast bevestigd. De hals van de fok is met een touw vast aan de voorsteven vastgezet. Langs de achterste helft van het onderlijk van de fok een soort giek. De fokkeschoot is instelbaar met een houten blok. Het grootzeil heeft de vorm van een bermudazeil (torentuig). De bovenpunt is met een touw bevestigd aan een oog in de mast. Het onderlijk is bevestigd aan een giek. De giek is met een oog aan een rail aan de mast bevestigd. De grootschoot is met een houten blok verstelbaar. In het grootzeil aan beide zijden het zeilteken (witte ster) met daarin het zeilnummer (67). Op de top van de mast een rode windvaan met draadmetalen geraamte. De romp: Het voorschip is scherp, evenals het achterschip. Het speelscheepje is voorzien van een grote, achterwaarts geplaatste kiel. Aan de onderkant van de kiel een loden sigaarvorm. Het schip heeft geen roer. Het model van voor naar achter. De romp is geheel dicht: geen boeisels. Op het dek is langsscheeps (van steven naar steven) een verdikking aangebracht. Verder zijn op het dek alleen de ogen van de stagen en schoten aangebracht. Op de zijkanten van de romp de scheepsnaam: 'RIXT'. Kleuren: De romp is wit. Het onderwaterschip is blauw met op de waterlijn een rode bies. Het dek is gelakt, evenals de rondhouten en de stander. Accessoires: stander.
Het speelscheepje van het type Meteoor is ontworpen door J. Stelwagen te Grou.
De ontwerptekeningen van Stelwagen zijn bewaard bij het model en zijn genummerd 1990-095-a en 1990-095-b.
De eenvoudigste speelscheepjes zijn klompscheepjes. De meer verfijnde modellen konden worden gebruikt om er gewoon mee te spelen in het water, maar er konden ook wedstrijden mee worden gehouden. De watersportplaats Grou heeft wat deze wedstrijden betreft een traditie. Vanaf 1907 werden ze er gehouden, eerst op initiatief van particulieren en vanaf 1914 onder auspiciën van de zeilvereniging Lyts Frisia, die er in 1924 zelfs de onderafdeling Jong Frisia voor oprichtte. Na de Tweede Wereldoorlog begon de animo voor het 'skipkesilen' te verflauwen, maar sinds 1968 is er sprake van een reveil. Er wordt gezeild in diverse klassen, zoals klompen A en klompen B, Lytse Folle, Lytse Holle, Grutte Folle en Grutte Holle en Meteoor. Ook in dorpen als Jirnsum, Terherne, Warten en Wergea en steden als Leeuwarden en Sneek werden en worden wedstrijden gehouden. In Burgum werd ook 'skipkesilen' gedaan. Daar was de kapper Hendrik Bulthuis de stimulator. Deze vermaarde ontwerper van de volgens het lattenbouwprincipe vervaardigde B.M.-er en 16 m², bouwde 's winters met de dorpsjeugd door hem ontworpen speelscheepjes, waarmee 'gehardzeild' kon worden.
literatuur: - Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1990, p. 14 - D.J. van der Ven, Van scheepje-zeilen en schuitje-varen (Baarn, z.j.)

Identificatie
Titel
Speelscheepje, model Meteoor.
Objectnummer
FSM-1990-095
Objecttype
  • Speelschepen
  • Speelgoed
    Objecten oorspronkelijk gemaakt als speelgoed.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000014044
Werk
Breedte
12.0 cm
Hoogte
117.0 cm
Lengte
51.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Hendrik Albert Jan Heldoorn
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • Textiel
    Textiel is letterlijk 'al wat geweven is'. Het woord is afgeleid van het Latijnse woord 'texere' dat weven betekent. (Wikipedia)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA

Trefwoorden