Datering
Maker Onbekend

Tinnen kraantjeskan.

Kraantjeskan. Tin. Balustvormige kan met drie aangesmeede pootjes. Onder de pootjes houten knoppen. Aan de ene kant van de kan een oor (hout en metaal) en aan de andere kant een kraantje. De draaiknop van de kraan heeft de vorm van een kuif in rococostijl. Op de kan een scharnierend, bol deksel, dat aan de bovenkant is voorzien van een houten knop.
De merken zijn niet te duiden. De merken lijken het meest op die in figuur 27 in het overzicht van Friese tinmerken van Wassenbergh. Daarover wordt geschreven dat ze soms weinig informatie bieden en bedoeld zijn om kopers en verkopers te misleiden (valse merken). Hetzelfde wordt gezegd over de gekroonde letter X. De kwaliteit van deze kan en van het tin is goed. De initialen in het vervaardigdersmerk kunnen echter niet gekoppeld worden aan een naam in het overzicht van Friese tinnegieters van Wassenbergh.

Identificatie
Titel
Tinnen kraantjeskan.
Objectnummer
FSM-2001-071
Objecttype
  • Kraantjeskannen
    Aan het einde van de 17de eeuw ontwikkelde zich naast de koffiekan met tuit een nieuw type kan met een op de buik gemonteerd kraantje, de kraantjeskan. In dit praktische model kon koffie worden gezet en vervolgens direct in kopjes worden getapt. Behalve in zilver, messing, tin en gelakt blik werden kraantjeskannen ook wel uitgevoerd in ceramiek. (Rijksmuseum Amsterdam)
  • Koffiekannen
    Een koffiekan of koffiepot is een kan om koffie uit te schenken. (Wikipedia)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000017390
Werk
Hoogte
40 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Tin
    Pewter is een legering van tin (80-90%) met lood (20-10%), tegenwoordig met antimoon.
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA