Datering

BAR 6

Haringfuikenboot

Gedetailleerde beschrijving

Haringfuikenboot. De boot is open en van het tweepuntertype. De bodem is vlak. Drie overnaadse gangen vormen de zijde. Een potdekselrand sluit dit af. De bodem is gekespt. Voor is een doft. Achter is later door het plaatsen van een schot een bun ingebouwd voor het gebruik van een buitenboordmotor. Twee schotjes kunnen rechtop geplaatst worden om haringen tussen te storten. Het schip is geteerd. BAR 6.

Identificatie
Titel
BAR 6
Objectnummer
013867
Objectcategorie
Vaartuigen
Objecttype
  • haringboot
    Friese boot voor de haring- en ansjovisvisserij die langs de Westfriese kust uitgeoefend werd sedert het begin van de 18e eeuw. De boot is een type dat verwant is met de punter. De haringboot was een platboomd vaartuig met rechte hellende stevens. Het overnaadse boord bestond uit drie planken. De boten werden geboomd. De laatste haringboot werd gebouwd in 1935. (MARDOC)
  • fuikenboot
    Vissersboot lijkend op een fannie maar kleiner en met een spits toelopende achtersteven. Men kan er ook geen mast met zeil in plaatsen zoals in een fannie. (MARDOC)Boot waarmee op de binnenwateren op aal werd gevist.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-10365
Werk
Breedte
126.0 cm
Lengte
700.0 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • ijzer
    Fe. Dichtheid 7,86 kg/m3. Metaal dat in de bouw zeer veel is toegepast, vooral voor het opnemen van trekkrachten in verankeringen, trekstangen e.d.. Het heeft het nadeel dat het sterk kan corroderen (roesten), waarna door volumevermeerdering schade aan bouwdelen kan optreden. Ook gebruikt voor spijkers, hang- en sluitwerk, siersmeedwerk en vele andere doeleinden. In XVII werd vooral vanwege de taaiheid en buigbaarheid veel ijzer uit Zweden betrokken en als zodanig in bestekken vermeld.Kan ook worden gegoten in vormen. Gietijzer bevat 3-5 koolstof, is bros en kan geen trekkrachten opnemen. Smeedijzer bevat ongeveer 0,1 koolstof. IJzer met zeer weinig koolstof wordt staal genoemd.
Aankoop & Licentie
Verworven
aankoop 9 oktober 1971
Licentie
BY-SA
Locaties
  • Koehool
  • Barradeel
  • Harlingen
  • Harlingen
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
N.J. Steltenpool