Datering
Maker Onbekend

Streng met kloten, afkomstig van een van de schepen van Fokke v.d. Meulen.

Streng met 105 kloten.
De streng kloten is afkomstig van één van de schepen van schipper Fokke Harkes van der Meulen. Harke Fokkes van der Meulen (de Valom), getrouwd met Joukje Jacobs Jansma, had een skûtsje van 25 ton, genaamde De Jonge Leeuwkje (gebouwd te Burgum). Zoon Fokke Harkes van der Meulen, getrouwd met Reintsje van der Veen, nam het skûtsje over. Erna nam hij een skûtsje van 36 ton over van Hendrik de Vries te Kollum: de Hoop op Welvaart, gebouwd bji Barkmeijer te Briltil/Enumatil. Het volgende schip van Fokke van der Meulen was de Groninger bolpraam Vrouw Tijtje, in 1916 overgenomen van Geert Spijker. Het laatste schip van Van der Meulen was een steilsteven (wâldhulkje) van 64 ton, in 1926 gebouwd bij Remkes en Bodewes te Veendam.

Identificatie
Titel
Streng met kloten, afkomstig van een van de schepen van Fokke v.d. Meulen.
Objectnummer
FSM-1992-140-B
Objecttype
  • Kloten
    Ronde knop op vlaggestok; tonvormige rolletjes op touwlijn.
  • Tuigage
    Alles wat dient om een schip op te tuigen, het rondhout, touwwerk en de zeilen van een schip. Wordt ook wel want genoemd.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000024256
Over
Onderwerpen
  • Skûtsjes
    Oorspronkelijk kleine Friese tjalken met een lengte tot circa 12 meter. De naam wordt tegenwoordig ook gegeven aan grote vrachttjalken die jaarlijks deelnemen aan het skûtsjesilen. (MARDOC)Zeilend, stalen kanaalscheepje met ronde vormen en kromme steven, sterk naar binnenvallend boeisel op voor- en achterschip, breed berghout met stuiten, gaffeltuig met de fok op een botteloef, uitgerust met een zogenaamde onderstijker voorzien van een wegerij, diepverzonken roef. Bij lengtes van 12 tot ruim 14 meter vaak rond de 3,3 meter breed. De grotere maten tot ca. 18 x 4,2 m. De holte bedroeg over het algemeen niet meer dan 1,2 meter. (De Binnenvaart)
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA

Trefwoorden