Datering
Maker Harrit Wester

Kajuitrand met snijwerk in eikenbladmotief

Kajuitrand in vijf delen. Blank gelakt eikenhout met snijwerk in eikenbladmotief.
De kajuitrand is afkomstig van Fries jacht (ex boeier) Wytske (ex Maria, Maaike, Trijntje Maria, Nero III, Geertruida) Stamboeknr. 58, zeilnr. 51 RC. De Wytske werd in 1887 door Jelle Jelles Croles te IJlst gebouwd als Fries jacht Maria voor H. Vrolijk uit Sneek. In 1941/42 is het Fries jacht Maria verbouwd tot de boeier Trijntje Maria door scheepsbouwmeester H. Wester uit Woubrugge. Hierbij is o.a. deze kajuitrand aangebracht. In 1981/82 is de boeier (inmiddels Wytske) door Brandsma te Rohel teruggebracht tot Fries jacht in opdracht van dhr. J.A. Vermeulen, de schenker van dit stuk.
Harrit Wester werd op 11 augustus 1901 te Grou geboren als zoon van Ernst Wester en Aaltje Veenstra. Hij had een succesvolle scheepswerf aan de Meinesloot te Akkrum waar hij onder andere enkele snelle vrijbuiters bouwde. In 1932 ging de werf failliet en werd deze overgenomen door Albert Wedman en Tjesse Oosterbaan. Na de oorlog verliet Oosterbaan de werf en in 1956 nam Wobbe Oost de werf over van Wedman. Wobbe Oost overleed in 1963 waarna zijn vrouw en zijn zoon Louw Oost de werf voortzetten. Na zijn faillisement vertrok Harrit Wester naar Woubrugge waar hij een nieuwe werf startte. Ook hier bouwde hij enkele snelle vrijbuiters maar zijn belangrijkste opdrachten kwamen van de marine en het loodswezen. Deze werf werd overgenomen door zijn zoon Ernst Wester.

Identificatie
Titel
Kajuitrand met snijwerk in eikenbladmotief
Objectnummer
FSM-2005-185
Objecttype
  • Scheepssier
    Al datgeen aan boord van een schip dat mooier gemaakt is dan strikt noodzakelijk is of dat voornamelijk voor het mooi aangebracht is. (De Binnenvaart)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000020340
Over
Onderwerpen
  • Friese jachten
    Open rond zeilvaartuig, in grootte en vorm een tussenvorm tussen tjotter en boeier. Kenmerkend is de rijke versiering. De tuigae is een bezaantuig. (MARDOC)Open of halfgedekt vaartuigje, met ronde vormen, behorend tot de groep der kromstevens. (debinnenvaart.nl)
  • Boeiers
    Een rondgebouwd binnenvaartuig, dat zich voor vele doeleinden leende en o.a. veel werd gebruikt voor particulier vervoer, als marktscheepje, vcoor kerkgang, vervoer, pleziervaart e.d.) (MARDOC)Een van de meest typische Nederlandse pleziervaartuigen dat in de loop van de 17de eeuw onder verschillende vormen in de vaart kwam. Het is algemeen gekenmerkt door zijn ronde vormen en zijn lengte-breedte verhouding van 3:1. Het jacht voert een zogenaamde boeiertuig ook bekend als bezaantuig met een grootzeil met gebogen gaffel en een boom, terwijl het stagfok op een botteloef wordt uitgehouden, de kluiver op een kluiverboom. De zijzwaarden waren breed en rond. Boeiers waren bij uitstek luxeschepen die dikwijls op fraaie wijze versierd waren met beeldhouw- en snijwerk. Zij zijn nog steeds in de vaart.
Werk
Breedte
16 cm
Diepte
1.7 cm
Lengte
49 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Harrit Wester
Datering
Materiaal
  • Eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA