Bouwjaar

SCH 456 Wilhelmina

Identificatie
Type
Scheepsregistratie
Visserijnummer
SCH 456
Titel
SCH 456 Wilhelmina
Nieuw nummer
  • SCH 456
Oud nummer
  • UK 189
Datum inschrijving
1917-03-05
Datum uitschrijving
1924
Objectnummer
CVR018972
Museum
Centraal Visserijregister
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/cvr-cvr-40018972
Schip
Scheepstype
  • schokker (vaartuig)
    Nederlands platboomd vissersvaartuig van de Zuiderzee, vooral gebruikt tussen Enkhuizen, Lemmer, Vollenhove, en Elburg. Het schip heeft een in de langsrichting licht gebogen vlak. De voorsteven is zeer licht gebogen en vallend, de achtersteven recht en vallend. Het gladde boord valt breed open. Het boeisel valt binnenwaarts. De voorsteven is gedubbeld waardoor het massieve aanzicht van dit onderdeel versterkt wordt. Het voorschip is gedekt tot aan de mast. In het ruim is een bun. De zwaarden zijn lang en smal. (MARDOC)
Materiaal
  • hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Volume
40.24 ton (maat)
Werf & Eigenaar
Bouwjaar
Eigenaren
Jongejan, Leendert Maarten
Scheveningen
Aankoop & Licentie
Verworven
kopie 1 januari 2018
Licentie
BY-SA