Bouwjaar

SCH 32 Johanna Hendrika

Identificatie
Type
Scheepsregistratie
Visserijnummer
SCH 32
Titel
SCH 32 Johanna Hendrika
Oud nummer
  • HD 210
Datum inschrijving
1940-08-05
Datum uitschrijving
1941
Objectnummer
CVR018606
Museum
Centraal Visserijregister
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/cvr-cvr-40018606
Schip
Scheepstype
  • schokker (vaartuig)
    Nederlands platboomd vissersvaartuig van de Zuiderzee, vooral gebruikt tussen Enkhuizen, Lemmer, Vollenhove, en Elburg. Het schip heeft een in de langsrichting licht gebogen vlak. De voorsteven is zeer licht gebogen en vallend, de achtersteven recht en vallend. Het gladde boord valt breed open. Het boeisel valt binnenwaarts. De voorsteven is gedubbeld waardoor het massieve aanzicht van dit onderdeel versterkt wordt. Het voorschip is gedekt tot aan de mast. In het ruim is een bun. De zwaarden zijn lang en smal. (MARDOC)
Materiaal
  • hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Volume
30.00 ton (maat)
Werf & Eigenaar
Bouwjaar
Eigenaren
1902  Plugge, Engel (1902-09-09)
Scheveningen
Aankoop & Licentie
Verworven
kopie 1 januari 2018
Licentie
BY-SA