Datering
Maker

Veldschuit

Veldschuit uit West Friesland. Open boot van het tweepuntertype

Veldschuit 16 voets- uit West Friesland. Open boot van het tweepuntertype. De schuit heeft twee rechte stevens. Het vlak is lancetvormig. De zijde is opgebouwd uit 1 gang, hierop staat een smal, vertikaal boeisel. Voor en achterstevenbord. Op de voorplecht de naam: P.J. Groot.

Identificatie
Titel
Veldschuit
Objectnummer
013881
Objectcategorie
Vaartuigen
Objecttype
  • veldschuit
    Westfriese schuit speciaal geschikt voor de akkerbouw; het werd in de 19e eeuw al veel gebruikt, meestal voor vervoer van de oogst naar veilingen; ze hadden verschillende lengtes (15 tot 17 voet) en werden begin 20e eeuw nog groter tot wel 22 voet, maar het uiterlijk bleef hetzelfde; om genoeg draagvermogen te verkrijgen waren de boorden voor en achter vrij ver doorgebogen wat hen, met de boezels erop, hun specifieke uiterlijk gaf.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-11010
Werk
Breedte
160.0 cm
Lengte
610.0 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Maker
  1. (vervaardiger)
Datering
Materiaal
  • ijzer
    Fe. Dichtheid 7,86 kg/m3. Metaal dat in de bouw zeer veel is toegepast, vooral voor het opnemen van trekkrachten in verankeringen, trekstangen e.d.. Het heeft het nadeel dat het sterk kan corroderen (roesten), waarna door volumevermeerdering schade aan bouwdelen kan optreden. Ook gebruikt voor spijkers, hang- en sluitwerk, siersmeedwerk en vele andere doeleinden. In XVII werd vooral vanwege de taaiheid en buigbaarheid veel ijzer uit Zweden betrokken en als zodanig in bestekken vermeld.Kan ook worden gegoten in vormen. Gietijzer bevat 3-5 koolstof, is bros en kan geen trekkrachten opnemen. Smeedijzer bevat ongeveer 0,1 koolstof. IJzer met zeer weinig koolstof wordt staal genoemd.
  • hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Verworven
aankoop 23 januari 1975
Licentie
BY-SA
Locaties
  • West-Friesland
  • Andijk
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
N.J. Steltenpool