Datering

Duwslede

Duwslede

Gedetailleerde beschrijving

Blauw/groen fond, beschilderd met bloemen en vlinders, putto, rozen, vogel, gesneden dolfijn. Beschrijving: 1: duwslede: de voorkant en de achterkant zijn bekroond met uitgezaagde motieven aan de voorkant een rand van eenvoudige krullen en aan de achterkant een rand van krullen en daaronder een rand van vaasvormen, waarin geometrische motieven en hartjes uitgezaagd zijn. De zijkanten zijn aan de bovenkant geschulpt van vorm. De slede staat aan beide kanten met twee geschulpt uitgezaagde, geprofileerde stijltjes op de bogen met de glij-ijzers. De bogen lopen aan de voorkant omhoog en komen ter hoogte van de bovenkant van de voorzijde van de slede bij elkaar. Waar de bogen bij elkaar komen is tussen de bogen een geprofileerd stijltje geplaatst, waarop een in snijwerk uitgevoerde putto met een dolfijn. De staart van de dolfijn bevindt zich ter hoogte van het hoofd van het jongetje en de vis kronkelt zich achter het jongetje langs naar beneden. Onderaan hetzelfde stijltje is een eikel uitgesneden. Het handvat is gedraaid. Beschrijving: 2: beschildering: de vier zijden hebben binnen een smalle donkergroene rand een grijs-groene ondergrond. De zijden zijn alle vier beschilderd met een boeket van grote bloemen dat met een strik samengebonden is. De vorm van het boeket past zich telkens aan aan de beschikbare oppervlakte. Op de achterkant bestaat het boeket uit twee rozen, een pioenroos en andere bloemen. De bloemen zijn samengebonden met een grijs-blauwe strik met gele randjes. Op de rechter zijkant bestaat het boeket uit een roos, drie rozenknoppen en andere bloemen, met een blauw lint met gele randjes samengebonden. In de rechter bovenhoek is een vlinder geschilderd. Op de voorkant bestaat het boeket uit drie rozen en andere bloemen, die met een blauw lint samengebonden zijn. Bovenaan in het midden is een vlinder geschilderd.; Beschrijving: 3: Op de linker zijkant van de slede is een boeket geschilderd dat bestaat uit twee rozen en andere bloemen. Op een takje dat uit het boeket steekt zit een vogel, rood, geel en blauw van kleur. De bloemen zijn met een roze lint bij elkaar gebonden. De binnenkant van de slede is donkergroen geschilderd. Het onderstel is donkergroen. De putto voorop de bogen is roze, zijn haar is lichtbruin en de dolfijn is groen. Het handvat is donkerbruin geschilderd en de rij uitgezaagde vaasvormen onder het handvat is bruin, de rand rondom de open ruimte waar zij ingepast zijn is geel. De onderkant van de slede is donkerbruin.

Identificatie
Titel
Duwslede
Objectnummer
005957
Objectcategorie
Voertuigen
Objecttype
  • slee
    Het rollend balkgebint in een houtzaagmolen waarop de boomstam door de zaagraam geleid wordt. Bestaande uit: twee langsliggers met daaronder een tandheugel, voor- en achterhoofd, polbalk met daarin bevestigd de polstukken.
  • duwslee
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-10362
Werk
Breedte
52.0 cm
Hoogte
104.0 cm
Lengte
125.0 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)
  • vurenhout
    Het Nederlandse woord vuren is de genormeerde naam voor het hout van de fijnspar (Picea abies). Het wordt dan vurenhout genoemd. In Nederland is vuren de meest gebruikte naaldhoutsoort, en daarmee de meest gebruikte houtsoort. Het is niet alleen makkelijk te bewerken maar ook relatief goedkoop
  • verf
    Iedere dispersie van een pigment in een oplosmiddel van water, olie of een andere organische stof. (AAT-Ned)
Techniek
  • Houtsnijwerk
    Houtsnijwerk is hout, dat bewerkt is met een stuk snijdgereedschap, waardoor het een bepaalde vorm krijgt. Dit wordt dan op bijvoorbeeld klokken of meubilair aangebracht om het er mooier uit te laten zien. Vroeger was dit het ambacht van de houtsnijder en de beeldsnijder, tegenwoordig wordt het vaak machinaal met een freesmachine aangebracht. (Wikipedia)
Aankoop & Licentie
Verworven
aankoop 1 januari 1957
Licentie
BY-SA
Locaties
  • Leeuwarden
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
Wim Zandbergen