Datering
Maker Onbekend

Marlpriem van Jan Poelstra.

Marlpriem. Massief model. In de vierkant bovenkant een gat met daarin een leren ophangkoord.
De marlpriem is gebruikt door Jan Poelstra, de vader van de schenker, die werkte op een baggermolen.
Schenker Romke Poelstra (1930-1999) was werkzaam bij de mast- en blokmakerij van Sybren Kuipers aan de Eerste Oosterkade te Sneek. Van 1980 tot en met 1991 was hij conciërge in het Fries Scheepvaart Museum.

Identificatie
Titel
Marlpriem van Jan Poelstra.
Objectnummer
FSM-1997-226
Objecttype
  • Marlpriemen
    Stalen of houten priem, dienende om gaten in het zeil te prikken, waardoor men bij het marlen het bindsel haalt, of om de stengen te lichten van het touwwerk dat, of de staaldraad die met splitsen wil.
  • Schiemansgereedschap
    Speciaal gereedschap dat wordt gebruikt bij het knopen, splitsen enz. van touwwerk aan boord van schepen.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000004796
Werk
Breedte
cm
Hoogte
cm
Lengte
26.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Staal
  • Metaal
    Alle leden van een grote groep stoffen die meestal een kenmerkende glans vertonen. Het zijn goede geleiders van elektriciteit en warmte, ze zijn ondoorschijnend, kunnen smelten en zijn meestal pletbaar of kneedbaar. (Project Fotografie)Any of a large group of substances that typically show a characteristic luster, are good conductors of electricity and heat, are opaque, can be fused, and are usually malleable or ductile. (Project Fotografie)Een metaal is een materiaal dat in vaste vorm kristallijn is, ondoorzichtig, smeedbaar, pletbaar en een goede geleider van warmte en stroom. (Conservation Dictionary)
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA